Allee kom Marcelleke

Frank, componist van de muziek bij De Generatie, beleeft een spannend moment. Tot hier toe hield hij de vinger aan de pols van het project via de teksten uit het boek die hij las. Vanaf vandaag is hij er elke week bij. Hij heeft zijn eerste ideeën onder de arm genomen en meegebracht naar kunstencentrum BUDA om ze te laten horen aan de groep. Het resultaat is verrassend: een droge beat en een al even droge stem die daar tussendoor en overheen rapt en het woord richt aan Marcelleke, “allee kom". Lichtheid en humor in da mix met een aanklacht, dat is de insteek. Nu al geheid een oorworm, vindt het repetitieve en onbewust sloganeske van het refrein zijn antidotum én pendant in de kwaadheid die vandaag gevraagd wordt van de spelers. Een kwaadheid die vaak niet vanzelf komt: “het is niet grappig hé!”: Arne zweept het ongenoegen van deze oudere ‘hooligans’ op. Ze staan bijeen in het licht, als een compact legioen Romeinse soldaten.

Evengoed zwermen ze weer uit over scène, en terug, in een dynamiek die voorlopig nog niet soepel verloopt: de teksten worden nog afgelezen van een blad dat wel eens ongemakkelijk in de hand ligt, de spelers kijken nog naar elkaar in verwarring, af en toe is er een vraag (“ik mag niets zeggen?”). Maar de souplesse komt wel, het schaven is werk voor de komende weken. Welke koffer bij welke sleutel past, om het in de woorden van Chilo te zeggen.

Wie Chilo zegt, zegt theater. Theatraal zal het zijn, en toch verliezen we nooit de band met de realiteit, waarom we dit eigenlijk doen, en waarom op deze manier. Wie de media volgt, leest of hoort elke dag wel iets dat binnen de context van Grijs aan Zet en van deze voorstelling relevant is. Er zijn ook scènes die mensen bijna letterlijk aan den lijve meemaken: aan de kassa, in de winkel, op straat, in het bijzijn van de eigen familie. Wie z’n poriën openzet, vangt veel op. En deze groep vangt veel op, niet in het minst elkaar. Elke week opnieuw zie ik hoe zorgzaam de groep met elkaar omgaat, en dat zit in kleine dingen: een koffie uitschenken, een stoel dichterbij schuiven, een praatje onder vier ogen, een deugddoende knuffel wanneer het even wat minder gaat: “allee kom…”.

foto: Willy Houthoofd

Vorige
Vorige

Luisteren zonder taal

Volgende
Volgende

Dansen als kinderen