Luisteren zonder taal

Met ‘Rebels’, de film en het boek, gooit Knack-journaliste Ann Peuteman de voorbije maanden hoge ogen. Ook haar project over ‘rebellerende’ 75-plussers vertrok vanuit een oproep naar verhalen, waarop ze honderden reacties kreeg. In de film worden 8 van deze mensen in hun dagelijkse leven gevolgd: ze solliciteren, protesteren en manifesteren, proberen een boek uit te brengen, en scholen zich bij. Ze fitnessen of trachten een bank te vinden waar nog iemand achter het loket zit. En ze willen zich kunnen verplaatsen, koste wat kost, ook al hou je daarmee een stoet auto’s achter je scootmobiel op. Het is een van die heerlijke fuck you’s in ‘Rebels’. De film maakt iets wakker, het is een oproep tot het volle leven, tot - wel ja - rebellie, omdat het soms ook gewoon niet anders gaat. Het is dat of niet gehoord worden.

‘Rebels’ speelde deze week drie keer, in Theater Antigone: 3 quasi volle theaterzalen gevuld met een gemengd publiek van jong (de voltallige Zorgkrachtschool van RHIZO) tot oud: bewoners van het H. Hart die maar de Leie over te steken hadden om tot bij Antigone te geraken. Chilo, Lydie, Chantal en Sytske nemen namens De Generatie de honneurs waar in het nagesprek. “Waar zijn die vragen nu je de kans hebt?” roept Sytske op vrijdagnamiddag de zaal, en vooral de jongeren, toe. Deze zorgverleners van de toekomst, die Chantal de volgende goeie raad meegeeft: luister naar mensen, ook al kunnen ze zich niet altijd uitdrukken in taal.

Taal, geprint op papier, is echter het houvast waar de groep theaterspelers naar snakt. Nog 1 week, en dan wordt het manuscript plechtig overhandigd, als het diploma van een examen dat nog moet worden afgelegd. Vanaf volgende week kan er worden uit het hoofd geleerd, geoefend, bijgeschaafd, gespeeld, nog beter gespeeld. Urbain heeft hier niet op zitten wachten. Urbain is de man die op de voorlaatste dag van 2022 90 jaar werd, en elke week iedereen bij naam begroet en zo de namen instudeert. Hij brengt zijn monoloog uit het hoofd alsof de woorden al jarenlang vertrouwd in zijn mond liggen. In zijn hoofd staat Urbain al op scène.

foto: Willy Houthoofd

Vorige
Vorige

De cirkel is rond

Volgende
Volgende

Allee kom Marcelleke